Roadtrip door de Gers in Zuid-Frankrijk

Het departement Gers wordt wel eens het Toscane van Frankrijk genoemd. Wellicht wat overdreven, maar waarom die bijnaam gebruikt wordt, kun je het beste ontdekken door er met de auto op uit te trekken in deze fraaie streek in Zuid-Frankrijk. Ik maakte een tijdje geleden een rondreis van enkele dagen langs enkele van de hoogtepunten van de Gers en laatje in deze blog de route zien die ik heb afgelegd, inclusief mijn tips voor bezienswaardigheden in de omgeving.

Streektips

Zelf ook op vakantie naar de Gers? Misschien heb je dan wat aan deze tips!

Wandelgids van de omgeving

Reisgids van de streek

Comfortabel hotel

Campingtip

Fijn vakantiehuisje

Alle accommodaties, activiteiten en bezienswaardigheden in de omgeving

Auch

De rondrit door de Gers begint in de hoofdstad van het departement: Auch. De stad is centraal gelegen en is de grootste trekpleister van de streek. Dat er op elke hoek van de straat wel geschiedenis te vinden is, merk ik door de rondwandeling die ik hier maak in het gezelschap van Raphaëlle van het toerismebureau van de streek. We zijn uitgerust met een app die de VVV van Auch heeft ontwikkeld, waarmee je op een interactieve manier de historie van deze stad leert kennen. Van de glas-in-loodramen in de kathedraal tot de monumentale trap die naar het lager gelegen deel van de stad voert, je ontdekt binnen korte tijd het verhaal dat de stad je te vertellen heeft. Overnachten doe ik in het comfortabele Hôtel de France, dat mooi aan het centrale plein van de stad ligt.

Lupiac

In Lupiac word ik de volgende dag opgewacht door een tweetal als musketier verklede mannen. Dat is uiteraard met een reden, want Lupiac is de geboorteplaats van de bekende musketier D’Artagnan, bekend geworden door het boek van Alexandre Dumas. Ze laten me het dorp zien en vertellen alles over het jaarlijkse D’Artagnan-festival dat hier gehouden wordt. Ook ontdek ik het kleine museum dat aan de held gewijd is én word ik meegenomen naar het zwemmeer, waar in de zomer een gemoedelijke sfeer hangt, onder meer met dank aan de Guinguette, het gezellige eettentje.

Bassoues

Vanuit Lupiac ben je snel in het oeroude dorp Bassoues, dat opvalt door z’n hoge donjon. Het leuke is dat je hier omhoog kunt klimmen en zo een idee krijgt van hoe hier eeuwen geleden geleefd werd. Naast het mooie uitzicht over de streek, kun je in Bassoues ook terecht voor een prima maaltijd, in een gezellig restaurant onder de arcaden aan het plein. Niet te missen is ook de fraaie kerk die in de loop der tijd vaak verbouwd werd. En natuurlijk de houten markthal die zowat het halve plein inneemt.

Tillac

Klein maar fijn, zo zou je Tillac kunnen omschrijven. Het dorp ontstond in de elfde eeuw rond een kasteel, waar nu enkel nog twee torens van zijn terug te vinden. Tillac is vooral pittoresk dankzij het straatje met aan weerskanten houten galerijen, en de opmerkelijke halfopen poort. Ondanks de geringe grootte een niet te missen stop tijdens een rondrit door de Gers. Je bent er zo doorheen, maar het is heel bijzonder om door de smalle straat met vakwerkhuizen te wandelen.

Lac du Lizet

Als je vanuit Tillac naar het noorden rijdt, passeer je het Lac du Lizet. De Gers is rijk aan kleine stuwmeren, die voornamelijk als reservoir voor de landbouw gebruikt worden. Omdat de dalen in de Gers vrijwel allemaal van zuid naar noord lopen liggen ze mooi parallel aan elkaar. De glooiende, regelmatige structuur van het landschap heeft bovendien nog andere voordelen, ook voor de natuur. Aan de westkant van de heuvels vind je vaak bijzonder rijke biotopen, met een overvloed aan flora en fauna. Dat ontdekte ik door hier een wandeling te maken, aan de oostkant van het meer. Via een rondwandeling van een kleine twee uur leer je het afwisselende landschap van de Gers van heel dichtbij kennen.

Valence-sur-Baïse

Na een overnachting in het rustig gelegen hotel Ferme de Flaran is het tijd om de streek ten noorden van Auch te verkennen. Valence-sur-Baïse is een oud bastidedorp, dat nog niet is platgelopen door het toerisme. En dat is maar goed ook, want zo kun je in alle rust genieten van dit leuke dorp. Je vindt er enkele schilderachtige straatjes, huizen met arcades aan het marktplein en bovenal op diverse plekken een schitterend uitzicht richting de Pyreneeën. Loop voor dat uitzicht even naar de stadspoort aan de zuidkant. Omdat het dorp op een verhoging ligt zie je vanaf hier de velden voor je liggen tot aan de voet van de Pyreneeën. Helemaal indrukwekkend is het uitzicht vanaf de balustrade bovenop de kerk, tussen de twee kerktorens in. In de kerk vind je een deurtje met daarachter een trap die je naar boven voert.

Abbaye de Flaran

Ook de Abbaye de Flaran, net buiten het dorp, mag niet ontbreken tijdens een rondrit door de Gers. Een oud benedictijner klooster, dat bekend staat als een van de best bewaard gebleven abdijen van Zuidwest-Frankrijk. Door te dwalen door de gangen en ruimtes waar vroeger de kloosterlingen leefden krijg je een beeld van hoe het er hier vroeger aan toe ging. Op de eerste verdieping van een van de gebouwen is daarnaast een klein museum ingericht met allerlei bijzondere schilderijen uit een privécollectie. Loop ook de sobere kloostertuin in voor een mooie blik op dit verstilde plekje in de Gers.

Château de Cassaigne

Diezelfde ochtend bezoek ik ook nog een klein kasteel. Je kunt in de Gers namelijk niet om de lokale trots heen: armagnac. Deze drank staat hier hoog in aanzien, en er zijn diverse producenten die hun deuren open hebben voor het publiek. Een daarvan is het Château de Cassaigne, een wijn- en armagnacboer gevestigd in een oud kasteel. Een bezoek aan dit kasteel begint met een vrije bezichtiging van enkele oude ruimtes en tot slot krijg je de mogelijkheid om wijn of armagnac te proeven. En natuurlijk zul je ook sterk in de verleiding gebracht worden om wat flesjes voor thuis mee te nemen.

Condom

Condom is een oude bisschopsstad en het epicentrum van de armagnacproductie. Bij een rondwandeling door de stad kun je dan ook niet aan deze drank ontsnappen. Maar vergeet niet om ook wat verder te kijken, want er is bijvoorbeeld ook een fraaie kerk te bezichtigen. Overal door de stad vind je ook de tekenen van de rijkdom die de handel in armagnac de inwoners bracht, aan de hand van de aanwezigheid van enkele fraaie stadspaleisjes uit met name de achttiende eeuw.

Larressingle

Het leuke van de Gers is dat je in een paar dagen tijd heel veel kunt zien. Want hoewel het een druk programma lijkt tot nu toe, zijn enkele van de bestemmingen in minder dan een uurtje wel te bezoeken. Dat was bijvoorbeeld het geval met het dorpje Tillac waar ik gisteren was, en dat is met het kleine ronde vestingdorp Larressingle ook. Desondanks is het meer dan de moeite waard, het is namelijk een van de vele kleine parels in het departement. Het wordt ook wel eens ‘klein Carcassonne’ genoemd en als je er binnenloopt zie je meteen waarom dat is. Het ommuurde dorpje zit boordevol historie en is na jaren van verval in prachtige staat hersteld.

Fourcès

Op een steenworp afstand ligt Fourcès, nog zo’n bijzonder dorp. Dit bastidedorp valt uit de toon in vergelijking met andere bastidedorpen, omdat het vrijwel geheel rond is. Ook hier loop je in maximaal een uurtje doorheen, hoewel het een stukje groter is dan Larressingle. Voor het geval je je afvraagt waarom er zo’n groot rond plein in het midden van het dorp is: hier stond vroeger het kasteel, en de huizen werden er in de loop der tijd omheen gebouwd. Toen het kasteel vernietigd werd ontstond er een grote open ruimte waar nooit meer iets nieuws werd neergezet.

Montréal du Gers

Heb je nog zin en tijd over voor deze dag, dan kun je nog een stop maken in Montréal, ook een bastidedorp. Je kunt natuurlijk ook op zoek gaan naar een leuks slaapplek. Ik zelf slaap twee achtereenvolgende nachten in de Ferme de Flaran. De afstanden zijn allemaal niet zo groot in de Gers, waardoor je tijdens een rondrit ook een keer op dezelfde plek kunt blijven overnachten.

Montréal vind ik op zich het minst interessante historische dorp van wat we in de Gers bezoeken. Maar alsnog kun je er terecht voor een eeuwenoude kerk, die half in de stadsmuren is gebouwd, én voor een mooi uitzicht over de streek, net buiten de muren.

Villa de Séviac

Montréal heeft echter wel een grote troef en dat is de Gallo-Romeinse villa die op kleine afstand van het dorp ligt. Het gaat om de restanten van een groot agrarisch landgoed uit de Romeinse tijd. Deze is vooral bijzonder vanwege de omvangrijke mozaïeken die teruggevonden zijn en die je kunt bezichtigen. Neem de tijd om over het landgoed te lopen, je zult je ogen uitkijken bij al die bijzondere mozaïeken die uit minuscule steentjes zijn gevormd. Bij de villa was ook een badhuis, waarvan nog steeds de resten zijn te zien.

Simorre

De volgende dag staan voor mij nog drie bezienswaardigheden op het programma in het zuiden van de Gers. Allereerst het gezellige dorp Simorre, dat bekend is vanwege z’n kerk die in de negentiende eeuw door de architect Viollet-le-Duc onderhanden genomen is. Naast deze imposante versterkte kerk kun je in het dorp ook terecht voor schilderachtige straatjes met oude huizen aan weerskanten en een oude markthal. Verder is er een klein museum over het plattelandsleven in de streek.

Uitzichtpunt bij Sauveterre

Als je vanaf Simorre naar het oosten rijdt, kom je langs een van de mooiste plekjes in de Gers, qua landschap. Je komt hier namelijk steeds dichter bij de Pyreneeën, en op steeds meer plekken zie je dan ook aan de horizon een rand met besneeuwde bergtoppen opduiken. Bij het dorpje Sauveterre is zelfs een uitzichtpunt ingericht om van al dat moois te genieten. Je bereikt dit punt door op de D234 net voor het dorp linksaf te slaan, een kleine helling op. Hier vind je een parkje met bankjes en een panoramatafel waarop je kunt lezen wat je zoal kunt zien vanaf deze plek.

Lombez

Deze reis door de Gers begon ik vanuit Toulouse. Voordat het tijd is om weer richting die stad terug te gaan, passeer ik nog een leuke bestemming die ik niet voorbij kon rijden. Het gaat om het stadje Lombez, dat net als veel van de andere plekken die ik de afgelopen dagen ontdekte ook een rijke historie heeft. Al in de Romeinse tijd woonden hier mensen, en in de loop der tijd was er onder meer een klooster en een bisschop gevestigd, wat het belang aangeeft van de stad. Grootste bezienswaardigheid is de fraaie kerk, die geïnspireerd is op de Église des Jacobins in Toulouse.