Tussen de mondaine kustplaatsen Deauville en Trouville en het platteland van het Pays d’Auge zitten weinig kilometers maar het is er een wereld van verschil. Ontdek het charmante, rustige dorp Beaumont-en-Auge, boordevol vakwerkhuizen, geschiedenis, en met een fraai uitzicht dat tot aan de zee reikt.
Ook op ontdekkingstocht in de Pays d'Auge? Misschien heb je wat aan deze tips!
Côte Fleurie
Halverwege de Normandische landingsstranden en de krijtrotsen bij Étretat ligt een kuststrook die bekend staat om de vele bouwwerken uit de Belle époque, de periode rond de wisseling van de negentiende naar de twintigste eeuw. Bekendste plekken van deze Côte Fleurie zijn Deauville en Trouville. Om eerlijk te zijn vielen deze ons wat tegen – met name Deauville – omdat je hier tussen alle gebouwen uit de twintigste eeuw goed moet zoeken naar de architecturale parels. Nadat we ’s morgens een rondje langs de kust hadden gereden, van Villerville naar Houlgate, belandden we ’s middags in Beaumont-en-Auge, dat ook nog op ons verlanglijstje stond. Het is een van de mooiste dorpjes van het departement Calvados.
Mooie berg
Beaumont-en-Auge is samen met Beuvron-en-Auge, Saint-Pierre-sur-Dives en Pont-l’Évêque een van de dorpen die je gezien moet hebben als je in de Pays d’Auge bent. De naam van het dorp, ‘beau mont – mooie berg’, doet al vermoeden dat je hier een uitzichtpunt hebt. En dat klopt, want vanaf het park aan de noordkant van het dorp kijk je uit over de vallei van de Touques en kun je via een doorkijkje bij Deauville zelfs de zee zien liggen. Het dorp ontstond in de elfde eeuw rondom een priorij, opgericht door een lokale heer, Robert Bertran en zijn vrouw. Ze kregen van hertog Guillaume le Batard, later bekend als Willem de Veroveraar, toestemming om op deze plek een klooster op te richten dat onder gezag van de abdij van Rouen stond. De priorij kende een periode van bloei in de twaalfde tot de vijftiende eeuw, maar werd zoals veel andere kloosters opgeheven ten tijde van de Franse revolutie.
Als je de kloosterkerk van een afstandje ziet liggen, dan merk je gelijk al dat het gebouw elementen uit verschillende bouwfases heeft. De oudste delen dateren uit de begintijd, met name de twaalfde en dertiende eeuw. Maar toen door gebrekkig onderhoud delen in de zeventiende eeuw instortten, moest er grootscheeps verbouwd worden. Het middenstuk met de toren is het oudst, van het schip resteert nog slechts één travee. Binnenin de kerk vind je onder meer mooie glas-in-loodramen en beeldhouwwerk uit de middeleeuwen. Ook de grafsteen van de oprichters van het klooster ligt in de kerk.
Pierre-Simon de Laplace
Wanneer je een oude plattegrond van het klooster bekijkt, zul je ontdekken dat een groot deel van het huidige dorp vroeger onderdeel van het klooster was, zowat het hele noordoostelijke deel. Rond de Franse Revolutie was er in een deel van de gebouwen een militaire school gevestigd, waarvan de bekendste leerling Pierre-Simon de Laplace was, die later wetenschapper zou worden en onder meer Napoleon tot zijn leerlingen mocht rekenen. In het dorp zijn diverse verwijzingen naar hem te vinden, waaronder zijn geboortehuis. Verwijzingen zijn er ook naar een Franse schilder uit de achttiende en negentiende eeuw, Jean-Charles Langlois, eveneens geboren in het dorp.
Beaumont-en-Auge is verder niet al te groot, je bent er met een uurtje wel doorheen gelopen. Het is de moeite waard vanwege de vele kleurrijke vakwerkhuizen die er met name aan de Rue du Paradis en de Rue de la Libération liggen. In een aantal daarvan zijn leuke boetiekjes en galerieën gevestigd, ook zijn er enkele restaurants. Wij namen een ijsje en dronken een kopje koffie bij Le Café des Arts aan het centrale plein. Een van de meest opvallende vakwerkhuizen is een oude postkoetshalte, nummer 26 van de Rue du Paradis.